Person:Arnoldus Ultee (6)

Watchers
Browse
Dr. Arnoldus Johannes Ultee
d.1964
m. 22 Mar 1877
  1. Dr. Arnoldus Johannes Ultee1878 - 1964
  2. Pieter Johannes Cornelis Ultee1880 - 1950
  3. Marinus Wilhelmus Ultee1881 -
  4. Johanna Cornelia Ultee1884 - 1886
  5. Johannes Cornelis Adriaan Ultee1886 -
m. 5 Jan 1905
  1. Dr. Arnoldus Johannes Ultee1921 - 2009
Facts and Events
Name[1] Dr. Arnoldus Johannes Ultee
Gender Male
Birth[1] 12 Jan 1878 Utrecht, Utrecht, Netherlands
Marriage 5 Jan 1905 Utrecht, Utrecht, Netherlandsto Annie Marie Margaretha Ras
Graduation[2] 23 Nov 1906 Utrecht, Utrecht, Netherlands
Marriage to Daisy Francine Christine Marie Corporaal
Occupation[3][4] From 1921 to 1922 Jember, Jawa Timur, IndonesiaDirecteur Phytochemisch Laboratorium van 's Lands Plantentuin te Buitenzorg
Death? 1964
References
  1. 1.0 1.1 Geboorteakte, in Utrecht, Utrecht, Netherlands. Burgerlijke Stand
    73, 1878.
  2. Proefschrift, in Ultee, Arnoldus Johannes: Bijdrage tot de kennis der cyaanhydrinen
    Bosch, 1906.

    Proefschrift verdedigd aan de Universiteit Utrecht. Zijn promotor was Pieter van Romburgh.

  3. verwijzing, in Wikipedia: The Free Encyclopedia.

    Betreffende het ontslag [[1]] "...In 1922 nam de directeur van het proefstation, Dr.A.J. Ultée, ontslag, benoemde het bestuur Arisz tot zijn opvolger...".

  4. verwijzing in boek, in Snelders, HAM: de geschiedenis van de scheikunde in Nederland2; De ontwikkeling van chemie en chemische technologie in de eerste helft van de twintigste eeuw
    Delft, 1997.

    Betreffende de aanstelling
    "De enige plaats in Nederlands-Indië 'waar de chemie om haar
    zelfswille wordt beoefend' was het Phytochemisch Laboratorium van 's Lands Plantentuin
    te Buitenzorg. Daar was in 1888 Greshoff benoemd om chemisch-farmacologisch
    onderzoek te doen naar de planten stoffen in Indië, in het bijzonder met het
    oog op hun betekenis voor de geneeskunde. Hij werd de grondlegger van de vergelijkende
    fytochemie in Indië. Zijn werk werd na zijn terugkeer naar Nederland voortgezet
    door de farmaceuten Willem Gerbrand Boorsma (1867-1937), die in 1891 in
    Utrecht bij Hendrik Wefers Bettink (1839-1921) was gepromoveerd, en daarna door
    de in Groningen opgeleide en in 1896 in Marburg gepromoveerde apotheker Klaas
    Gorter (1872-1921). Gorter was sinds 1905 in Indië werkzaam als scheikundige op
    het laboratorium voor onderzoekingen over de koffiecultuur. Vanaf 1911 hield hij
    zich als hoofd van een nieuw opgericht bacteriologisch laboratorium bezig met onderzoek
    van rubber. Toen hij in 1917 Boorsma opvolgde als chef van het farmacologisch
    laboratorium, kon hij zich geheel wijden aan zijn lievelingsvak, de fytochemie.
    Hij overleed echter al in 1921. Zijn opvolger Arnoldus Johannes Ultée (1878-1964),
    een promovendus van Pieter van Romburgh in Utrecht, had bijzondere belangstelling
    voor plantensappen."