Family:Willem de Bever and Catharina van Weede (1)

Watchers
Facts and Events
Marriage? 1429
Children
BirthDeath
1.
References
  1.   Beschrijving Elisabeth of Beveren Kapel, in Küppees, W: Bijdragen voor de Geschiedenis van het Bisdom Haarlem
    V, 1877.

    De 15 de kapel , in den trans aan de noordzijde der kerk ,
    is de St Eüsabeth- of Beverens-kapel , door joffer Zoetje
    of Snra van Beveren in 14-31 gesticht en met eene weke-
    lijksche Mis begiftigd, welke gift door Bisschop Sweder
    van Culenborch 8 Oct 14-32 werd bevestigd. Heer Wil-
    lem van Beveren Knape, diens vrouw Catharina van Weede
    en Heer Daniel van Beveren, Kanunnik ter groote kerke,
    voegden er eene wekelijksche de SS. Trinitate en jaar-
    lijksche Missen bij op St Maarten en St. Elisabethsdag.
    Ook andere leden van dit geslacht begiftigden haar rijke-
    lijk, en volgens bepaling van de Stichteres moest haar
    zusters-zoon Heer Daniel Berwouts de kapel bedienen
    Catharina van Weede schonk daaraan een altaarkleed , een
    van rood en wit sajet geweven tapijt, met de beeldteuis
    der Stichteres, haar wapen en dat van Willem van Beve-
    ren en zijne gemalin er ingestikt.

    In een ander zijden damasten kleed, uit de jaarlijksche gift



    u

    van 6 carohis guldens vervaardigd door Johanna van Baeckel,
    waren de H Elisabeth met den H, Joannes den Dooper
    en een geknield liggend figuurtje van gouddraad geweven.

    Boven het altaar bevond zich een kunstig door den be-
    roemden Jan Terwe uit notenboomen-hout gesneden tafe-
    veel , voorstellende 's Ileeren Verrijzenis en de aanbidding
    van den draak dnor de koningen der aarde uit de Apo-
    calyps. Ook hing er een fraai schilderstuk: de Koningin
    des Hemels, en een ander met de portretten van Willem
    van Beveren , Catharina van Weede en hunne nakome-
    lingen. Op den grond lag de zerk die het stoffelijk over-
    schot der Stichteres en hare afstammelingen bedekte met
    het geslachtswapen — een klimmende bever met een
    gouden kroon op een zilveren veld en het opschrift: per
    mare et per terras. Aan eene der helende pilaren liet
    Pieter Muys van Holij een tafereel hangen, waaronder
    men las: In 'tjaer 1557 beviel myn huysvrouw den xj
    Jannary van een kind, twaelf weken gedragen, van de
    lengte als in 't tafereel staet, levende het a!s een quar-
    tier uurs , gedoopt bij Jacob Gerritsz. pastoer ende werdo
    Marijken genaemt, present Ida Coil , moetje, Willem
    Willemsz weduwe, onse suster, Anneken Meynaertsdoch-
    ter ende Adriaentgen Verlinden

    Balen schijnt naauwkeuriger in zijne opgave van de
    stichting dezer kapel , immers hij geeft bij het jaar 1431
    ook den dag aan namelijk 4 October, omtrent -°» uren,
    voor den Notaris Herman van der Mije; met zekere Vi-
    karie op //St. Elisabeths-Outer." Ook laat hij de Bisschoppe-
    lijke bevestiging reeds den 9 October van hetzelfde jaar en
    niet eenjaar later volgen. Daarbij getuigt hij, inzage daar-
    van te hebben gehad op 18 Maart 1675, en dat de //Outer-
    tafel" dezer kapel te zien was bij vrouw Elisabeth Ruisch,
    Heeren Koenraadsdochter, vrouwe van Barendrecht enz.