ViewsWatchersBrowse |
Family tree▼ Facts and Events
Ludger im Offerhaus is leenman van de bezitting Offerhoff en "Hofmeier" vanaf 1578. De bezitting "Offerhoff" was in 1499 een leen van de graven van Hohen-Limburg. Pas in 1660, na de dood van Ludger, lukt het om het bezit (Freigut) vrij te kopen; Schout en Kerkmeester Peter Offerhaus (een andere dan hier vermeld) koopt de Hoeve Offerhof met de Ida Kapelle, een kapel voor de edelen. Ludger is vrij man en dus belastingplichtig (steuerpflichtiger Freier). In 1604 wordt hij in het Honschaft (soort middeleeuwse gemeente) Velbert aangeslagen voor zijn vermogen voor een bedrag van zes ‘Reichstalern’. Bekend is ook een schriftstuk met een overeenkomst met een zekere Wyrich over het pachten van een huis dat vermoedelijk de Offerhof betreft (vertaald uit oud-Duits): (...) zijn pachter Leudger Im Offerhuuss heeft voor 2 handen gewonnen, voor zichzelf en voor Hans Dorren zum Hoff’s dochter, Alheidt genoemd, zulks met bescheid, dat hij en zijn erven voor het vervolg zijn pacht zal leveren over het huis Broich en dat hem zal vergunnen, mits geen lijfeigene zoals een en ander in zijn ouden brief is beschreven waarvoor hij, (Wyrich), het hem toekomende heeft ontvangen, te weten een honderd en twintig Rycksthlr (Reichstalern). In het Heimatmuseum in Velbert wordt een grafsteen geëxposeerd van Ludger im Offerhaus. De steen is goed bewaard gebleven en vertoont een gestileerd eikeblad met een wapen. Het wapen bestaat uit een 4-Zeichen op een gelijkbenige driehoek zonder basis maar in het midden in tweeën gedeeld door een dwars balkje met daarboven een donkere punt. Aan weerszijden van een staand balkje staan ook donkere punten. De inscriptie van de steen vermeldt: AE D. 1607 DIE 16 MERT IT DER ERBAR LEUDGER IM OFFERHUS IN GOT ENTSCHLAFEN ICH WEIS DAS MEIN ERLOESER LEBET References
|