IX.3 Jan II van Heenvliet; geb. Heenvliet circa 1333, † 29-08-1387 (45,74) [(18, 42,46)
melden echter 1364 t.a.v. het overlijden van Jan]. Jan, ridder en Heer op Bleijdestein was
zoon van Jan I van Heenvliet en Elisabeth van Vianen [zie VIII.1]. Op 2 november 1359
wordt een gors genaamd De Stadt verkocht door Aleijt en Boudewijn van Praat en Putten aan
Jan van Heenvliet. Van deze transactie is een verkoopakte opgemaakt, waarvan een kopie van
latere datum zich nog altijd in het archief van het dorp Stad aan ’t Haringvliet bevindt. Het gors is gelegen in de landen van Putten tussen de vier Heernessen [nu Sommelsdijk en
Middelharnis] en de gorzen, die later de heerlijkheid Sint Adolfsland zullen gaan vormen [nu Den Bommel en Ooltgensplaat]. Uit de vermelding van de lammertienden in de verkoopakte
kunnen we opmaken dat het gors werd verkocht als weidegrond voor schapen. Na het overlijden van Jan van Heenvliet komt een gedeelte en later de rest in handen van het Regulieren Kloosterorde Sint Elisabeth te Rugge nabij Den Briel.
Op 17 juni 1360 kocht Jan van Heenvliet een huis, hofstad en boomgaard dat in 1342 omschreven was als een huis en hofstad in Heenvliet leenroerig aan Voorne, zonder de erbij behorende 34 gemet land (19). Dit complex is niet het zelfde als Bleijdestein, dat leenroerig was aan de Heren van Heenvliet. Het reeds sedert het midden van de dertiende eeuw
bewoonde complex werd door hem vervangen door een groot kasteel. Bleijdestein had een versterkt karakter omdat er sprake was van de opperhof en de nederhof en van grachten, wat
door archeologisch onderzoek is bevestigd.
Jan van Heenvliet trouwde in 1363 met Aleijt van Borselen [ook Borssele (46)]; [geb. Veere
circa 1338, circa 1343 (18); † 26-08-1414 (8, 11, 47, ook na die datum volgens Dek (18);
andere gegevens: † circa 1390 (42); 1396 (74)], dochter van Wolferd van Borselen, Heer van
Veere en Zandenburg en Hadewich Bot van der Eeme. Zijn vrouw was de dochter van een der
belangrijkste edelen van Zeeland (19). Andere bronnen (44, 46) houden min of meer aan wat
in het artikel van G. ’t Hart (42) beschreven staat.
Volgens G. ’t Hart (42) trouwde Aleijt in 1364 met Jan van Cruyningen. De overlijdensdata
van Aleijt van Borselen en Jan van Heenvliet volgens bron (42) lijken onwaarschijnlijk, zoals blijkt uit gegevens van de geboortes van de kinderen en andere referenties (8, 11, 14, 45, 47).
Uit het huwelijk van Jan en Aleijt (18):
1. Zweder [Sweder] van Heenvliet; geb. Heenvliet circa 1362 [volgt X.3]
2. Jan van Heenvliet; geb. Heenvliet circa 1365 [volgt X.4].
3. Elisabeth van Heenvliet; geb. Heenvliet circa 1368 (74); † circa 1412. Zij trouwde met
Laurens van Cats [Heer van Oostkerke, bijgenaamd de Rijke, geb. circa 1370, † circa 1441;
hij lijftochtte haar 01-08-1412 (18)]. Hij was een der Hoekse edelen, die in 1416 hertog
Willem beloofde na zijn dood Jacoba als gravin te zullen huldigen (19). Uit dit huwelijk 4
kinderen, namelijk Jan, Lieven, Jacob en Wolfert. Volgens bron (74) een kind met de naam
Haze, geb. Kats circa 1380.