Person:Jacob Lasson (1)

Watchers
Jacob Lasson
 
 
  • HJacob Lasson
  1. Philippus Lassonius1561 - 1632
  • HJacob Lasson
  • W.  Catelijne van Beverloo (add)
m. 25 Feb 1601
Facts and Events
Name[2] Jacob Lasson
Alt Name[1] Jacobus Lassonius
Gender Male
Marriage to Unknown
Marriage 25 Feb 1601 Delft, Zuid-Holland, Netherlandsto Catelijne van Beverloo (add)
References
  1. Mini biografie, in Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
    deel 2, blz 787, 788.

    ASSON (Jacob), of Lassonius werd Mei 1596 aangenomen aan de latijnsche school te Delft, waar ook zijn zoon Philips werkzaam is geweest. Te Delft hertrouwde L. 25 Febr. 1601. De amsterdamsche predikant Helmichius spreekt in een brief van 2 Juli 1602 aan Arnoldus Crusius van pogingen, om hem te Harderwijk te krijgen. L. was in correspondentie met den amsterdamschen rector Veekeman en bekend met den calligraaf Jan van de Velde, een lofdicht schrijvende in diens Spiegel der Schrijfkonste (Rott. 1605).

    Zie: Werken der Marnix- Vereeniging Serie III dl. IV (1880) 125 en Oud-Holland XXII (1904) 17.

  2. Mini biografie, in Wikipedia.nl
    [[1]], gevonden 2019.

    Jacobus Lassonius of Jacob Lasson of Jacob van der Heyden (Antwerpen, 2e helft 16e eeuw - Delft, begin 17e eeuw) was een classicus.
    Lassonius ontvluchtte Antwerpen, Spaanse Nederlanden, op het eind van de 16e eeuw omwille van zijn lidmaatschap van de Nederduits Gereformeerde kerk. Hij was klassiek opgeleid en schreef vlot Latijn. Van 1592 tot 1594 was hij rector van de Latijnse school in Harderwijk. In 1594 verhuisde Lassonius naar Leiden, met als doel rector te worden van de Latijnse school aldaar. De curator van de Latijnse school, Everhard Bronchorst, verhinderde evenwel deze aanstelling[1]. Lassonius bleef in Leiden wonen en kocht een grote woning aan de Hooglandse Kerkgracht. Van de woning met negen haardsteden maakte hij een studentenhuis. Het studentenhuis droeg de naam In Graeckenlandt[2]. De latere jurist Hugo de Groot, zelf ook een classicus, was één van zijn studenten in Leiden.
    In 1596 verhuisde Lassonius naar Delft, waar hij tot rector benoemd was van de Latijnse school. Dit bleef Lassonius tot zijn dood. Hij correspondeerde met rectoren van de Latijnse school in Amsterdam en Den Haag. In Delft hertrouwde hij op 25 februari 1601[3].
    Van hem zijn 2 brieven, in het Latijn en deels in het Grieks, bewaard gebleven gericht aan de rechtsgeleerde Hugo de Groot (1615[4], 1621[5]).