Person:Harmen Sierks (1)

Artikel van der Land Jierb. 1980 door Auke de Vries - In verband met overlijden van zijn oudere broer en curator Gerrijt Sierx wordt op 1-5-1701 vastgesteld dat Harmen als 1/6 erfgenaam van zijn ouders toekomt 256 carg. 12 st. 8 p, vermeerderd met in mei 1699 verschenen loon ad 22 carg. en dito in mei 1700 ad 28 carg. De andere broer Marck regelt dit als nieuwe curator. Op 14-2-1707 ontvangt Harmen per saldo 246 carg. 15 st. Op 14 jan 1717 zijn Harmen Sierks en Eelkjen Karstjens, huis- en echtelieden te Kollumerzwaag, 400 carg. schuldig aan Marck Sierks en IJttje Jacobs, huislieden o/ Westergeest. Op 26 maart 1723, dus 6 jaar later, treden op als borgen Sierk Gerrijts, huisman op het Veen o/ Westergeest en Rodmer Sierks onder Oostermeer. Op 8 december 1728 blijken beide echtelieden te zijn overleden, de kinderen erven van hun grootvader Karsjen Gerrijts, overleden bij Veenklooster. De zoon Sierk is dan meerderjarig, de dochters Grijtje en Aagtje Harmens worden vertegenwoordigd door hun curator Ete Dirks. Harmen Sierks en zijn daarbij niet met name genoemde vrouw worden op 4 maart 1708 lidmaat van de kerk te Kollumerzwaag. Op 16 dec.1709 wordt aldaar Aechat gedoopt. Ete Dirks, de curator is op 3 dec. 1750 weduwnaar van Grijtje Harmens. In 1708 is Harmen Sierks gebruiker van Kollumerzwaag, stemkohier nr. 8. In 1718 is hij gebruiker van nr. 3 aldaar. Van 1711-1722 komt hij voor op het reëelkohier als gebruiker van een plaats met landen en een huis te Kollumerzwaag met een huurwaarde van 82 resp 100 carg. In 1724 en 1725 komt zijn weduwe voor als gebruikster ervan.

Nadere toegang 13.113: Nr. 526, 8 december 1728 Ete Dirks, huisman o/d Kollum, kurator over Grytie en Aagtie Harmens, kinderen van Harmen Sierks bij Eelkjen Harmens.