Person:Berber Martens (1)

Watchers
  • HEesge DirksAbt 1713 - 1758
  • WBerber Martens1716 - 1803
m. 22 Mar 1739
  1. Dirk Edsgers Teenstra1746 - 1810
  2. Pieter Eesgers TeernstraAbt 1749 - 1813
  3. Tjitske EdsgesAbt 1751 - 1819
Facts and Events
Name Berber Martens
Alt Name Barber Martens Martena
Gender Female
Birth? 4 Apr 1716 Deinum, Menaldumadeel, Friesland, Netherlands
Marriage 22 Mar 1739 Hempens, Leeuwarderadeel, Friesland, Netherlandsreligious
to Eesge Dirks
Death? 27 Apr 1803 Oudwoude, Kollumerland en Nieuwkruisland, Friesland, Netherlands

http://www.genealogieonline.nl/doopsgezinden-in-het-groningse-westerkwartier/I7476.php

   Zij is geboren op 4 april 1716 in Deinum, Menaldumadeel.[ Bron 1 ]
   Spellingvariant: Barber Martens of Barber Martens Martena.
   Zij is overleden op 27 april 1803 in Oudwoude, Kollumerland, zij was toen 87 jaar oud.[ Bron 2 ]
   Levensloop van 1739 tot 1803.[ Bron 1 ]
   K.J. Ritzema van Ikema, Ommelander Geslachten (Rasquert, 1957 (2e druk)), p 1323, Openbare Bibliotheek Groningen. Barber Martens was eene afstammelinge van Duco Martens (Marktena), een Friesch Edelman die in de tachtigjarige oorlog in 1597 Staatsch Commandant was van de schans te Zoutkamp. Hiervan is geen bewijs. Volgens familieoverlevering is Barber afstammeling van Duco Martena. Doeke (Duco) Martena, geb. --, overl. 1605. Fries edelman, admiraal van de watergeuzen op de Zuiderzee, Latijns dichter. Hij was de laatste mannelijke afstammeling van zijn oud geslacht, waarvan het stamhuis (Martena State) te Kornjum stond. Wapen: Gedeeld: I In goud een halve adelaar van zwart, komende uit de deellijn; II Doorsneden: a In blauw een lelie van goud, b In rood een gebladerde eikel van goud, de steel naar beneden. Harlingen was de eerste stad in Friesland, welke zich voor de vrijheid van godsdienst en tegen de Spanjaarden verklaarde. Vanwege Willem I, Prins van Oranje, verkreeg de edele Duco Martena allereerst het hoofdbewind over de vesting. In 1579 voegde zij zich bij de steden, die de nadere vereeniging met Utrecht hadden aangenomen Den hoog wel geboren heer jr. Duco Martena van Burmania in leven generaal majoor bij de infanterijvan den staat der vereenigde Nederlanden. Colonel van een regiment te voer mitsgaders commandeur van het hooge en laage Sas van Gendt met de onderhorige ste .(steeninscriptie kerk Hallum 1776) 2Marten Aedsges (1742-1806), landbouwer te Zuurdijk, Schrijfboek van Marten Aedsges (IJ. Botke, Nederlands Agronomisch Historisch Instituut, Groningen, 1988), p LXXIV. Marten Douwes Teenstra herinnerde zich hoe de kinderen van Barber Martens gewoon waren jaarlijks een dag met hun oude moeder bijeen te komen 'vierende deze familiedag altoos de tweede woensdag na Pinksteren beurtelings aan hunnen onderscheidene woningen, hetwelke de kinderen ook na het overlijden hunner moeder volhielden. Marten Aedsges (1742-1806), landbouwer te Zuurdijk, Schrijfboek van Marten Aedsges (IJ. Botke, Nederlands Agronomisch Historisch Instituut, Groningen, 1988), p XXIII.
   In 1797 kreeg ze een boete van f 20,- vanwege haar aandeel in het Kollumer Oproer.