IVc. Floris Florisz. (Fleuris Fleurisz.), j.m. van en won. Poortugaal (1669), tr. Barendrecht (otr.
ald. 3-11) 1669 Elisabeth (Lijsbeth) Reijersdr. Commijs,j.d. van en won. Barendrecht (1669) (ald.
geen doop gevonden), overl. na 20-1-1709 (doopgetuige te Barendrecht), dochter van Reijer
Joppenz. Commijs en Pleuntje Leendertsdr.
In of kort na 1669 werden Floris Florisse en Lijsbet Reijers lidmaat te Rhoon. Later werd achter
hun naam ‘vertrocken’ genoteerd.38
Uit dit huwelijk:
1. Pleuntje Florisdr., ged. Poortugaal 8-3-1671.
2. Floris Florisz., ged. Poortugaal 11-12-1672 (get. Helena Jobs Leegste), wellicht overl.
voor 8-10-1690.
3. Arij Florisz., ged. Barendrecht 13-2-1678 (door Weijntje Herberts ten doop
gepresenteerd).
4. Reijer Florisz., ged. Barendrecht 22-6-1681 (door Ariaentie Ariens ten doop
gepresenteerd).
5. Gerrit Florisz. Sloof, ged. Barendrecht 21-1-1685 (door Lijntje Maertens ten doop
gepresenteerd in plaats van Marijtie Reijers ‘die de coorts hadde’), j.m. van en won.
Carnis in West-Barendrecht (1707), tr. Barendrecht 5-6-1707 Aechie (Aartje) Pietersdr.
Snaus,j.d. van en won. Carnis in West-Barendrecht (1707) (ald. geen doop gevonden).
