Person:Theodora van der Voort (1)

De vrolijke Dith was nog niet eens zes jaar toen haar eigen moeder in februari 1873 kwam te overlijden. Met haar stiefmoeder, die zo'n vijf maanden later de baas kwma spelen en bovendien nog net zo heette als zijzelf, kon ze het helemaal niet vinden; de ruzies waren dan ook niet van de lucht. Toen ze d'r kans schoon zag - ze was toen nauwelijks dertien jaar - nam ze de benen om zich dienstbaar te gaan maken op een boerderij in Leimuiden "voor dag en nacht". Hard moest ze daar werken, voor weinig geld en weinig eten. Daar stond ze dan - om maar eens wat te noemen - zowel 's zomers als 's winters op d'r blote voeten de melkbussen schoon te boenen. Eenmaal per jaar kreeg ze een eitje, uiteraard met Pasen, maar ze at tussendoor ook nog wel eens een eitje, al was het dan een rauwe. Zo af en toe - door de honger gedreven - kroop ze stiekem het kippenhok in om er een ei weg te halen en die rauw op te eten, wanneer de boer en boerin niet in de buurt waren.

Dith was niet groot van stuk, wel breed in de schouders, donker van uiterlijk en bronze ogen. Om te zien een echte Van der Voort. Ze schijnt sprekend op haar grootvader uit 1793 te hebben geleken.

Dirkie wist wat armoe was en nam, ondanks haar grote gezin, nog een kind aan, namelijk het weesjongetje Gerrit Aartman. Deze Gerrit Aartman was één van de zeven wezen. Zijn ouders, die op Rijnsaterwoude woonden, waren kort na elkaar aan t.b.c. overleden.